1
Marino, L. & Colvin, C.M. (2015) Thinking pigs: a comparative review of cognition, emotion, and personality in Sus domesticus. International Journal of Comparitive Psychology, 28
De varkensindustrie heeft vele keurmerken en projecten die claimen garant te staan voor meer dierenwelzijn. Veel beweringen zijn echter lastig te controleren aangezien er geen eenduidigheid over termen heerst en wettelijke kaders vaak ontbreken. Zo is bijvoorbeeld de invulling van de term “scharrel” niet wettelijk vastgesteld. De regels voor het scharrelvlees keurmerk zijn opgesteld door PROduCERT echter de voorwaarden worden niet vermeld op hun website en moeten worden opgevraagd via e-mail. De belangrijkste officiële keurmerken met betrekking tot dierenwelzijn zijn weergegeven in tabel 1 met een samenvatting van de bijbehorende eigenschappen. In figuur 2 is het aandeel van de verschillende beter leven keurmerken weergegeven.
Bij biologische varkenshouderij zijn er 2 keurmerken, namelijk het EKO-keurmerk en het Europees biologisch keurmerk. Bij het beter leven keurmerk 3 sterren, wordt er onderscheid gemaakt tussen niet-biologisch (Livar) en biologisch. Het verschil zit in de oppervlakte per dier voor de overdekte uitloop. Wat opmerkelijk is, is dat bij biologisch varkensvlees castratie niet verboden is. Vrij uitloop klinkt overigens mooier dan het is. Zo mogen de uitlopen verhard zijn en mogen ze in de meeste gevallen tot 75% overkapt zijn. Weidegang geldt alleen voor drachtige zeugen (beter leven 3-sterren). De ruimte per varken is minimaal voor de meeste keurmerken (0,6-1,0 m2 voor vleesvarkens en 1,0-2,5 m2 voor zeugen). Alleen scharrelvarkens hebben meer ruimte in de uitloop (25 m2). Zoals eerder genoemd wordt er voor hobbyvarkens bijvoorbeeld een oppervlakte van minimaal 75 m2 aanbevolen.35
Meer ruimte kan echter ook nadelen hebben in de moderne veehouderij. Zo is onderzocht dat bij biologische varkenshouders de biggensterfte tot aan het spenen een stuk hoger ligt (± 20%) dan bij reguliere huisvesting (13%).36 Uit een ander onderzoek bleek dat bij los werpen het aantal doodliggers tijdens de geboorte lager was dan regulier, maar na het werpen hoger.37 Risicofactoren voor doodliggen zijn met name, groot aantal biggetjes, laag geboortegewicht van de biggetjes, gesteldheid van de benen van het moedervarken en stress bij het moedervarken en/of de biggetjes (competitie om moedermelk, geen goede moedereigenschappen door selectief fokken etc.). Ook al heeft het moedervarken meer ruimte, door de zeer onnatuurlijke leefomstandigheden en het selectieve fokken leidt dit dus niet automatisch tot een hoger welzijn van de varkens.
Marino, L. & Colvin, C.M. (2015) Thinking pigs: a comparative review of cognition, emotion, and personality in Sus domesticus. International Journal of Comparitive Psychology, 28
Fokkinga, Anno (2004) Het varkensboek. Uitgeverij THOTH Bussum ISBN 9789068683738
Watson, Lyall (2004) The whole hog: exploring the extraordinary potential of pigs. Smithsonian books Washington. ISBN 1-58834-216-6
Sanders, Violette (2000) Het varken als gezelschapsdier. Etiko Uitgevers Nieuw Vennep ISBN 9789052661582
Reimert, Inonge (2014) (Em)pathetic pigs? The impact of social interactions on welfare, health and productivity. PhD thesis, Wageningen University ISBN: 978-94-6173-996-4
Groot Bruinderink, G & Dekker, Jasja (2010) Wilde zwijnen. KNNV uitgeverij ISBN 9789050113281
Rutherford, K.M.D. et al. (2013) The welfare implications of large litter size in domestic pig I: biological factors. Animal Welfare 22; p. 199-218
van Dixhoorn, I. et al. (2011) Scheiden van dieren. Wageningen UR Livestock Research, rapport 428
van Nieuwamerongen, S.E. et al. (2014) Literatuuronderzoek naar groepshuisvesting van kraamzeugen en hun biggen, rapport 757, Wageningen UR, Livestock Research
FAWC (Farm Animal Welfare Council) (2009) Farm Animal Welfare in Great Britain: Past, Present and Future. Farm Animal Welfare Council: Millbank, London, UK
Douglas, C. et al.(2012). Environmental enrichment induces optimistic cognitive biases in pigs. Appl. Anim. Behav. Sci. 139, p. 65-73.
Diepens, R. (2016) Het grote kleine varkensboek. Natuurlijk op zuid ISBN 978-90-825135-0-9
Bracke, M.B.M. (2010) Zoelen van varkens en implicaties voor dierenwelzijn. Wageningen UR livestock research, rapport 381
EFSA (2007) Scientific Opinion of the Panel on Animal Health and Welfare on a request from Commission on the risks associated with tail biting in pigs and possible means to reduce the need for tail docking considering the different housing and husbandry systems. The EFSA Journal 611, p. 1-13
Bolhuis, J.E. et al. (2006) Effect of rearing and housing environment on behavior and performance of pigs with different coping characteristics. Appl. Anim. Behav. Sci. 101, p. 68-85
Geert van der Peet et al. (2016) Houden van varkens met een intacte staart. Invulling van stap 1 van de Verklaring van Dalfsen: demonstratieproject, praktijknetwerk en internationale samenwerking. Wageningen UR Livestock Research. Rapport 939
Sutherland M.A et al.(2013). Animal health and welfare issues facing organic production systems. Animals 3:1021-1035.
Aandoeningen bij varkens (2011) Afdeling duurzame landbouwontwikkeling, Vlaamse Overheid. Depotnummer D/2010/3241/391
CBS, 23-9-2016
Callens, Bénédicte (2015) Antimicrobial use and resistance in Belgian pig production, PhD thesis, Gent University
Aarnink, A. et al. (2014) Naar energieneutrale varkensstallen met luchtrecirculatie: de Enerlatiestal. Wageningen UR Livestock research; Livestock Research, Rapport 814
Wathes, C.M. et al. (2003) Ammonia concentrations and emissions in livestock production facilities: guidelines and limits in the USA and UK. Agricultural and Biosystems Engineering; Conference Proceedings and Presentations. Paper nr. 034112
Hultén, F. et al. (1995) A field study on group housing of lactating sows with special reference to sow health at weaning. Acta Veterinaria Scandinavica 36(2): p. 201-212.
Marchant, J.N. et al. (1996) Effects of dry sow housing conditions on muscle weight and bone strength. Animal Science 62(1): p. 105-113
Vandersmissen, T. et al. (2012) Doodgeboren biggen en uitval bij de biggen op het moderne varkensbedrijf. Brochure Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling
Aandachtspunten bij partusinductie (2012) Boerenbond, Management&Techniek; varkens. 8 juni 2012
Diepens, R. (2016) Het grote kleine varkensboek. Natuurlijk op zuid ISBN 978-90-825135-0-9
Langere levensduur zonder in te leveren (2011) Pig business; nr. 7
Aandoeningen bij varkens (2011) Afdeling duurzame landbouwontwikkeling, Vlaamse Overheid. Depotnummer D/2010/3241/391
Beek, J. Uitval van zeugen. Vakgroep Voortplanting, Verloskunde en Bedrijfsdiergeneeskunde. Faculteit Diergeneeskunde, Universiteit Gent.
Voortgangsrapportage 2016 van stuurgroep Actieplan Stalbranden 2012-2016, Bijlage
1 uit Evaluatie Actieplan Stalbranden 2012-2016,WU/IFV, rapport 1035
Diepens, R. (2016) Het grote kleine varkensboek. Natuurlijk op zuid ISBN 978-90-825135-0-9
Hogere bigvitaliteit in de Nederlandse zeugenhouderij, 5e voortgangsrapportage; 19 augustus 2015. Stuurgroep bigvitaliteit.
van Nieuwamerongen, S.E. et al. (2014) Literatuuronderzoek naar groepshuisvesting van kraamzeugen en hun biggen, Wageningen UR Livestock Research, Rapport 757